De twee categorieën van personen die in B.31.1 worden bedoeld en in B.31.2 worden omschreven, zijn niet wezenlijk verschillend in het licht van een maatregel die de aanstellingen valoriseert van commissarissen van politie of van commissarissen van politie eerste klasse in de graad van hoofdcommissaris van politie door af te wijken van de voorwaarden inzake de bevordering tot die graad die in artikel 32 van de wet van 26 april 2002 worden opgesomd.
Les deux catégories de personnes visées en B.31.1 et décrites en B.31.2 ne sont pas essentiellement différentes au regard d'une mesure qui valorise les commissionnements de commissaires de police ou de commissaires de police de première classe dans le grade de commissaire divisionnaire de police en dérogeant aux conditions de promotion dans ce grade énumérées à l'article 32 de la loi du 26 avril 2002.