Een lidstaat die kiest voor de in artikel 2, 3° van deze overeenkomst bedoelde uitbreiding van de medezeggenschapsrechten tot werknemers van de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane vennootschap in een andere lidstaat dan die waar die vennootschap haar statutaire zetel heeft, is er geenszins toe gehouden die werknemers mee te tellen bij de berekening van het aantal werknemers waarboven volgens het nationale recht medezeggenschapsrechten gelden.
L'extension des droits de participation, visée à l'article 2, 3° de la présente convention, aux travailleurs de la société issue de la fusion transfrontalière occupés dans un autre Etat membre que l'Etat où le siège statutaire de cette société est établi, n'entraîne aucune obligation pour cet Etat membre de prendre ces travailleurs en compte dans le calcul des seuils d'effectifs qui donnent lieu aux droits de participation en vertu de leur législation nationale.