Het EVRM voldoet aan die twee voorwaarden, dus moet de Belgische rechter bij de toetsing van de gedragingen van de rechtsonderhorigen aan de normen van de overheid, die normen ook toetsen aan het EVRM, en desgevallend het laatste voorrang geven (4) .
La CEDH répond à ces deux conditions, et le juge belge doit dès lors, lorsqu'il confronte le comportement des justiciables aux normes des autorités, également vérifier la conformité de ces normes à la CEDH, en lui accordant la primauté le cas échéant (4) .