« De ambtenaar aangesteld in een hoger ambt van de rangen 15, 12, 27, 22, 32 of 42 oefent evenwel niet de prerogatieven uit die bepaald zijn door de statutaire bepalingen betreffende de evaluatie van de ambtenaren en de tuchtregeling wanneer zij betrekking hebben op een ambtenaar die een graad bekleedt van een rang die gelijkwaardig is met of hoger is dan de zijne in het organiek stelsel».
« Toutefois, l'agent désigné dans une fonction supérieure de rang 15, 12, 27, 22, 32 ou 42, n'exerce pas les prérogatives prévues par les dispositions statutaires relatives à l'évaluation des agents et au régime disciplinaire lorsqu'elles portent sur un agent titulaire d'un grade d'un rang équivalent ou supérieur au sien en régime organique».