Traduction de «totaal hebben 16 lidstaten hun officiële ontwikkelingshulp nominaal verhoogd » (Néerlandais → Français) :

De verhouding ODA/bni steeg in 15 EU-lidstaten en daalde in 9 EU-lidstaten; in 4 lidstaten bleef de verhouding constant.In totaal hebben 21 lidstaten hun officiële ontwikkelingshulp nominaal verhoogd met 9,8 miljard euro, terwijl de verlaging in de 6 andere lidstaten tezamen 0,3 miljard euro bedroeg.
Le rapport APD/RNB a augmenté dans 15 États membres de l'UE, a diminué dans 9 États membres et est resté stationnaire dans 4 États membres.Au total, 21 membres ont augmenté leur APD en termes nominaux de 9,8 milliards d’EUR, tandis que les 6 autres l’ont diminuée de 0,3 milliard d’EUR.

In totaal hebben 16 lidstaten hun officiële ontwikkelingshulp nominaal verhoogd met 3,91 miljard EUR, terwijl de verlaging in de 12 andere lidstaten 1,22 miljard EUR bedroeg.
Au total, 16 États membres ont augmenté leur APD de façon nominale de 3,91 milliards €, alors que les 12 autres l’ont réduite au total de 1,22 milliard €.

In totaal hebben 15 lidstaten[1] hun ODA nominaal verhoogd met 3,4 miljard EUR, terwijl de verlaging in de 13 andere lidstaten 1,3 miljard EUR bedroeg.
Au total, 15 États membres[1] ont augmenté en termes nominaux leur APD de 3,4 milliards d’EUR, la baisse enregistrée dans les 13 autres s’élevant à 1,3 milliard d’EUR.

In totaal hebben twintig lidstaten hun ODA nominaal verhoogd met € 10,9 miljard, terwijl de verlaging in zes andere lidstaten € 3,4 miljard bedroeg.
Au total, vingt membres ont augmenté leur APD en termes nominaux de 10,9 milliards d'EUR, tandis que la baisse dans six autres s'est élevée à 3,4 milliards d'EUR.

Men schat dat in 2002, de nieuwe lidstaten samen amper 0,03 % van hun BNI aan ontwikkelingshulp hebben besteed (9) . Dit terwijl « de landen van de Europese Unie hun officiële ontwikkelingshulp (ODA) in 2002 [en ondanks de moeilijke begrotingssituatie in talrijke lidstaten], (...) met 5,8 % in reële waarde [hebben] verhoogd vergeleken met 2001, en 0,35 % van hun gezamenlijk bruto nationaal inkomen (BNI) daaraan hebben besteed (10) .
On estime qu'en 2002, ces nouveaux États membres n'ont consacré collectivement qu'à peine 0,03 % de leur RNB à l'aide au développement (9) , alors que « malgré une situation budgétaire difficile dans de nombreux États membres, les pays de l'Union européenne ont augmenté leur aide publique au développement en 2002 de 5,8 % en valeur réelle par rapport à 2001 et y ont consacré 0,35 % de leur revenu national brut collectif » (10) .

In 2009 hebben budgettaire beperkingen zwaar gewogen op de hulpverlening en talrijke donoren, ook een aantal EU-lidstaten, verminderden hun uitgaven voor officiële ontwikkelingshulp, hetgeen leidde tot een totaal van 49 miljard euro, of 0,42% van het bruto nationaal inkomen van de Unie in 2009.
En 2009, les contraintes budgétaires ont pesé lourdement sur l’aide et de nombreux donateurs, dont quelques États membres de l’UE, ont diminué leurs dépenses en matière d’aide publique au développement (APD), qui s’est élevée à un total de 49 milliards €, soit 0,42 % du revenu national brut (RNB) pour l’Union en 2009.

2. wenst de vier EU-lidstaten die de grens van 0,7% van het BBP voor ontwikkelingshulp hebben overschreden geluk en prijst de vijf lidstaten die termijnen hebben gesteld dit niveau van officiële ontwikkelingshulp te bereiken en is met name ingenomen met de nieuwe lidstaten die hun ontwikkelingsbudgetten drastisch hebben verhoogd; dringt er bij de andere lidstaten die dit niveau nog niet hebben bereikt en nog geen termijn hebben vastgesteld op aan, dit alsnog onverwijld te doen;
2. félicite les quatre États membres de l'Union qui ont dépassé le taux de 0,7 % de leur PIB affecté à l'aide au développement et estime louable que cinq États membres se soient fixé un calendrier de réalisation de ce niveau d'aide publique au développement (APD) , en particulier les nouveaux États membres qui ont fortement accru leurs budgets affectés au développement; demande instamment aux États membres qui n'ont ni atteint ce niveau ni fixé de calendrier de le faire sans retard;

Ondanks de moeilijke begrotingssituatie in talrijke lidstaten, hebben de landen van de Europese Unie hun officiële ontwikkelingshulp (ODA) in 2002 met 5,8 % in reële waarde verhoogd vergeleken met 2001, en 0,35 % van hun gezamenlijk bruto nationaal inkomen (BNI) daaraan besteed.
Malgré une situation budgétaire difficile dans de nombreux États membres, les pays de l'Union européenne (UE) ont augmenté leur aide publique au développement (APD) en 2002 de 5,8 % en valeur réelle par rapport à 2001 et y ont consacré 0,35 % de leur revenu national brut (RNB) collectif.

Ondanks grote budgettaire beperkingen konden 16 lidstaten hun steun verhogen, behoren drie lidstaten tot de vijf grootste donoren wereldwijd, en hebben vier lidstaten reeds het streefcijfer van 0,7% van het bruto nationale inkomen (BNI) voor officiële ontwikkelingshulp behaald.
Dans un contexte de lourdes contraintes budgétaires, 16 États membres sont parvenus à accroître leur aide, trois d'entre eux figurant parmi les cinq principaux donateurs mondiaux et quatre ayant déjà atteint l'objectif consistant à consacrer 0,7 % de leur revenu national brut (RNB) à l'aide.