De toediening bij ratten moet bij voorkeur afgerond zijn op postnatale dag 21, maar in elk geval vóór postnatale dag 25, omdat na deze leeftijd de hypothalamus-hypofyse-gonadeas functioneel wordt en de endogene oestrogeenspiegels kunnen gaan stijgen met een daarmee gepaard gaande toename in gemiddeld baarmoedergewicht op baseline en een toename in de groep-standaarddeviaties (2)(3)(10)(11)(12).
Il doit s'arrêter de préférence au jour 21 après la naissance, mais dans tous les cas avant le jour 25 après la naissance, car, au-delà, l'axe hypothalamo-pituito-ovarien devient fonctionnel et les taux d'œstrogènes endogènes peuvent commencer à augmenter avec accroissement concomitant des poids utérins moyens et augmentation des écarts types (2) (3) (10) (11) (12).