HOOFDSTUK V. - Financiële middelen Art. 11. De Instelling beschikt over de volgende middelen : 1. de kredieten ingeschreven in de begroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in de begroting van de Agglomeratie; 2. de middelen toegekend door de Staat of andere overheden; 3. occasionele subsidies en inkomsten; 4. leningen die zijn aangegaan in uitvoering van een investeringsprogramma aanvaard door de Regering; 5. niet gebruikte begrotingsoverschotten van vorige jaren die de Instelling kan overdragen krachtens de begrotingsordonnantie; 6. inkomsten afkomstig uit prestaties die te verzoenen zijn met de opdra
chten die haar zijn toevertrouwd; 7. gift ...[+++]en en legaten in haar voordeel.