Deze zaak is al sinds de jaren zestig aan de orde, toen de lid-staten onderhandelden over de opstelling van een aantal overeenkomsten in het kader van artikel 220 van de EEG-Verdrag : met name het Verdrag betreffende de onderlinge erkenning van vennootschappen en rechtspersonen, het Verdrag betreffende de rechterlijke bevoegdheid en de tenuitvoerlegging van beslissingen in burgerlijke en handelszaken en het Verdrag inzake faillissement, gerechtelijk akkoord en soortgelijke procedures.
On rappellera que cette dernière remonte aux années soixante où elle a commencé avec les négociations en vue d'élaborer certaines conventions entre les États membres dans le cadre de l'article 220 du Traité CEE, notamment la Convention sur la reconnaissance mutelle des sociétés et personnes morales, celle concernant la compétence judiciaire et l'exécution des décisions en matière civile et commerciale ainsi que celle relative à la faillite, aux concordats et aux procédures analogues.