Naast de verwijzing naar het voormelde arrest nr. 34/96 van het Hof betwist de Ministerraad ten gronde dat de verbrekingsvergoeding de vrije beschikking over het salaris beperkt; er wordt met name opgemerkt dat in geen enkel onmiddellijk loonbeslag is voorzien, dat elke terugbetaling een gevolg heeft voor het vermogen zonder noodzakelijkerwijze het salaris te raken en dat die vergoeding kan worden betaald door een derde, waaronder de nieuwe werkgever.
Quant au fond, outre la référence à l'arrêt précité n° 34/96 de la Cour, le Conseil des ministres conteste que l'indemnité de rupture restreigne la libre disposition du salaire; il est relevé notamment qu'aucune saisie immédiate sur salaire n'est prévue, que tout remboursement a une incidence sur le patrimoine sans nécessairement affecter le salaire et que cette indemnité peut être payée par un tiers, tel le nouvel employeur.