Volgens de teksten die thans van kracht zijn, moet de Commissie voor het Bank- en Financiewezen (hierna de CBF) onmiddellijk de minister van Financiën inlichten wanneer zij vaststelt (rechtstreeks of via het verslag van een bankrevisor) dat in een door haar gecontroleerde bank een mechanisme bestaat « dat tot doel of tot gevolg heeft inbreuken te organiseren op de fiscale wetgeving en dat een medeplichtigheid insluit, tussen de instelling en de cliënt, met het oog op belastingontduiking ».
Selon les textes actuellement en vigueur, la Commission bancaire et financière (CBF) doit informer immédiatement le ministre des Finances lorsqu'elle constate (directement ou au travers du rapport d'un réviseur de banque) qu'il existe dans une banque contrôlée par elle un mécanisme « qui a pour but ou pour effet d'organiser des infractions à la loi fiscale et qui implique une complicité de l'établissement et du client dans un but de fraude fiscale ».