Een voordracht door een lidstaat is slechts ontvankelijk als deze betrekking heeft op hetzij één kandidaat van elk geslacht ingeval deze lidstaat tegelijkertijd twee kandidaten moet voordragen, hetzij een kandidaat van het andere geslacht dan van de nog zittende rechter in het Hof van Justitie ingeval de voordracht van de tweede rechter niet op hetzelfde moment als die van de eerste rechter plaatsvindt".
Les nominations d'un État membre ne sont admissibles que si elles concernent soit un candidat de chaque sexe lorsque deux nominations doivent être faites en même temps sur proposition de cet État membre, soit un candidat de l'autre sexe que celui du juge siégeant déjà au Tribunal lorsque la nomination au poste de deuxième juge sur proposition de cet État membre n'a pas lieu au même moment que la nomination pour le poste de premier juge".