Lid 6 en lid 7 van artikel 3 van het Verdrag laten de mogelijkheid open dat een Staat die Partij is een beperkt aantal stuks clustermunitie en explosieve submunitie aanhoudt, verwerft of overdraagt ten behoeve van ontwikkeling en training op het gebied van technieken voor het opsporen, ruimen of vernietigen van clustermunitie of explosieve submunitie of voor het ontwikkelen van tegenmaatregelen met betrekking tot clustermunitie.
Les paragraphe 6 et 7 de l'article 3 de la Convention permet aux États parties de conserver, d'acquérir ou de transférer un nombre limité d'armes à sous-munitions et de sous-munitions explosives pour le développement et la formation relatifs aux techniques de détection, d'enlèvement ou de destruction des armes à sous-munitions et des sous-munitions explosives, ou pour le développement de contre-mesures visant les armes à sous-munitions.