Hoewel de vragen eerder behoren tot de bevoegdheid van mijn collega van Economische Zaken, aan wie het geacht lid wordt verzocht zijn vragen te herformuleren (vraag nr. 339 van 11 maart 1998, Vragen en Antwoorden, Kamer, 1997-1998, nr. 126, blz. 17451) kan ik er hem echter op wijzen dat, op strict fiscaal vlak, de door het Parlement aangenomen maatregel inzake vrijstelling van vergoedingen die door de werkgever worden toegekend voor verplaatsingen met de fiets tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling, een vrijstelling is waarvan het forfaitair maximumbedrag vastgesteld is op zes frank per kilometer.
Bien que les questions ressortissent plutôt de la compétence de mon collègue des Affaires économiques auquel j'invite l'honorable membre à les reformuler (question no 339 du 11 mars 1998, Questions et Réponses, Chambre, 1997-1998, no 126, p. 17451), je peux cependant lui indiquer que, sur le plan strictement fiscal, la mesure adoptée par le Parlement en matière d'exonération des indemnités allouées par l'employeur pour les déplacements à bicyclette entre le domicile et le lieu de travail est une exonération plafonnée forfaitairement à six francs par kilomètre.