Dit zou betekenen dat de voorafgaandelijke benadering van het kind voor andere seksuele misdrijven, zoals deze beschreven in de Hoofdstukken VI « Bederf van de jeugd en prostitutie » en VII « Openbare schennis van de goede zeden », niet tot strafverzwaring zou leiden.
Cela signifierait que la sollicitation préalable de l'enfant pour d'autres infractions à caractère sexuel, telles que visées aux chapitres VI « Corruption de la jeunesse et prostitution » et VII « Outrage public aux moeurs », ne donnerait pas lieu à un alourdissement de peine.