Bij de vermoedelijke feiten op grond waarvan de aanklager te Frankenthal strafrechtelijk onderzoek tegen de heer Creutzmann wil instellen, gaat het klaarblijkelijk niet om een mening of stem door een lid uitgebracht bij de uitoefening van zijn ambt, als bedoeld in artikel 8 van het protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten.
Les actes prétendument commis par M. Creutzmann, sur lesquels le parquet de Frankenthal envisage d'ouvrir une enquête, ne sont manifestement ni des opinions ni des votes que M. Creutzmann a émis dans l'exercice de ses fonctions, au sens de l'article 8 du protocole sur les privilèges et immunités.