1. benadrukt dat de bevordering van mensenrechten een fundamenteel onderdeel vormt van het buitenlands beleid van de EU, doet een dringend beroep op de Raad en de Commissie om mensenrechtenkwesties stelselmatig op te nemen op de agenda van de politieke dialoog en het politieke overleg van de EU met derde landen en om in alle externe EU-beleidsmaatregelen, met inbegrip van externe aspecten van het interne EU-beleid, mensenrechten een prominentere plaats te geven; en dringt erop aan dat met het oog op de verwezenlijking van deze doelstellingen alle beschikbare instrumenten worden ingezet;
1. souligne que la promotion des droits de l'homme constitue un aspect fondamental de la politique extérieure de l'Union; insiste auprès du Conseil et de la Commission pour qu'ils inscrivent systématiquement les questions relatives aux droits de l'homme à l'ordre du jour des dialogues et des consultations politiques de l'Union avec des pays tiers, pour qu'ils intègrent de plus en plus les droits de l'homme dans toutes les politiques extérieures de l'Union, y compris les aspects extérieurs des politiques internes de l'Union, et pour qu'ils utilisent tous les instruments disponibles afin d'atteindre ces objectifs;