Wanneer de vereniging of organisatie het lidmaatschap afhankelijk stelt van bepaalde kwalificaties, mag zij deze kwalificaties van onderdanen van andere Lid-Staten, die beschikken over een diploma als bedoeld in artikel 1, onder a), of een certificaat al bedoeld in artikel 1, onder b), dan wel een opleidingstitel in de zin van artikel 3, eerste alinea, onder b), of artikel 5, eerste alinea, onder b), of artikel 9, slechts eisen overeenkomstig de bepalingen van deze richtlijn, inzonderheid de artikelen 3, 4 en 5.
Lorsque l'association ou l'organisation subordonne l'acquisition de la qualité de membre à certaines qualifications, elle ne peut le faire à l'égard de ressortissants d'autres Etats membres qui possèdent soit un diplôme au sens de l'article 1 point a) ou un certificat au sens de l'article1, point b), soit un titre de formation au sens de l'article 3, premier alinéa, point b) ou de l'article 5, premier alinéa point b) ou de l'article 9, que dans les conditions prévues par la présente directive, notamment à ses articles 3, 4 et 5.