De minister of zijn gemachtigde zendt tevens onverwijld aan de Commissaris-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen elk element in zijn bezit over dat een beslissing tot uitsluiting op basis van artikel 55/4, § 2 zou kunnen rechtvaardigen" .
Le ministre ou son délégué transmet également sans délai au Commissaire général aux réfugiés et aux apatrides tout élément en sa possession susceptible de justifier une décision d'exclusion sur base de l'article 55/4, § 2" .