Wat spreker hierbij opviel was een betekenisvolle Freudiaanse verspreking op pagina 3 van het wetsvoorstel : « De wetgever keurde in 1999 een regulering goed die veel weg had van een compromis, waarbij hij oog had voor de dubbele noodzaak van de ontwikkeling van de spelsectorteveilig te stellen en de vernietigende gevolgen ervan teniet te doen».
À ce propos, un lapsus freudien révélateur à la page 3 de la proposition de loi a frappé l'intervenant: « Conscient de la double nécessité de préserver le développement du secteur du jeu et d'en neutraliser les effets déstructurants, le législateur a adopté en 1999 un mode de régulation en forme de compromis».