Tevens wijst hij erop dat er, behalve in het burgerlijk recht, ook in het strafrecht soms vage begrippen worden gehanteerd : spreker denkt hierbij aan begrippen als « daden van willekeur » (elke daad van willekeur die een inbreuk maakt op de door de Grondwet gewaarborgde rechten en vrijheden), « smaad », « openbare zedenschennis » (de strafbare handelingen in dit verband staan ook niet vermeld in het Strafwetboek), « aanranding van de eerbaarheid », « belangenvermenging », « belaging ».
Il souligne également qu'il existe des notions assez vagues non seulement en droit civil, mais aussi en droit pénal: il songe à cet égard aux notions d'actes arbitraires (tout acte arbitraire attentatoire aux libertés et aux droits garantis par la Constitution), d'outrages, d'outrage public aux bonnes moeurs (les actes punissables y afférents ne sont pas mentionnés non plus dans le Code pénal), d'attentat à la pudeur, de confusion d'intérêts, de harcèlement.
