De betaling van de in debet vereffende rechten en van de voorschotten gedaan ter ontlasting van hem die bijstand geniet, wordt: a) eerst en vooral v
an zijn tegenpartij geëist, wanneer deze in de kosten verwezen werd of
wanneer een minnelijke schikking in de loop van het geding
ingetreden is; b) slechts van de bijstandgenieter geëist indien uitgemaakt wordt dat hij ze kan betalen (Gerechtelijk Wetboek, artikel 693, eerste lid) en op voorwaarde, daarenboven, ingeval zijn wederpartij in de koste
...[+++]n verwezen werd of wanneer, in de loop van het geding, een minnelijke schikking werd getroffen, dat het onmogelijk gebleken is deze in te vorderen tegen deze wederpartij.
Le paiement des droits en débet et des avances faites à la décharge de l'assisté: a) est réclamé en tout premier lieu à son adversaire, lorsque celui-ci a été condamné aux dépens ou lorsqu'une transaction est intervenue au cours du procès; b) n'est poursuivi contre l'assisté que s'il est établi qu'il est en état de les payer (Code judiciaire article 693, alinéa 1er) et à la condition, en outre, dans le cas où son adversaire a été condamné aux dépens ou lorsqu'une transaction est intervenue au cours du procès, qu'il se soit avéré impossible de les recouvrer contre cet adversaire.