Artikel 8 bepaalt dat de consulent voor de veiligheid en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer de nodige middelen ter beschikking krijgt om zijn opdrachten te kunnen uitvoeren. Het kan bijvoorbeeld gaan om het voorzien van personeel door een secretariaat ter beschikking te stellen of om materiële middelen.
L'article 8 stipule que les ressources nécessaires sont affectées au conseiller en sécurité et en protection de la vie privée pour lui permettre d'exécuter ses missions. Ces ressources consistent par exemple en une aide en personnel par la mise à disposition d'un secrétariat ou en moyens matériels.