Art. 2. De directeur-generaal kan de in artikel 1 bedoelde machtiging delegeren aan ambtenaren van de administratie Budgettering, Accounting en Financieel Management van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, met uitzondering van de machtiging verleend voor de toepassing van de artikelen 366, 410 en 420 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen, mits hij hiervan vooraf kennis geeft aan de Vlaamse minister bevoegd voor de financiën.
Art. 2. Le directeur général peut subdéléguer la délégation visée à l'article 1 aux fonctionnaires de l'Administration de la Budgétisation, de la Comptabilité et de la Gestion financière du Ministère de la Communauté flamande, à l'exclusion de celle donnée en application des articles 366, 410 et 420 du Code des impôts sur les revenus, moyennant notification antérieure au Ministre flamand chargé des finances.