In de richtlijn wordt gezocht naar een evenwicht tussen, enerzijds, het respect van de wens van de ondernemingen om te kunnen beschikken over een gepaste bescherming van hun biotechnologische uitvindingen en, anderzijds, de opvatting dat elk levend materiaal deel uitmaakt van het menselijk patrimonium.
La directive tend à réaliser un équilibre entre, d'une part, le respect du souhait des entreprises de pouvoir bénéficier d'une protection appropriée de leurs inventions biotechnologiques et, d'autre part, l'idée selon laquelle toute matière vivante fait partie du patrimoine humain.