De voorafname gebeurt totdat de middelen van het reservefonds 10 procent bedragen van het gemiddelde van de uitgaven van de drie voorafgaande begrotingsjaren, tenzij dat bedrag wordt gewijzigd op voorstel van de bevoegde minister, met het akkoord van de begrotingsminister.
Le prélèvement anticipé se fait jusqu'à ce que les moyens du fonds de réserve s'élèvent à 10 % de la moyenne des dépenses des trois exercices budgétaires précédents, sauf si le montant est modifié sur la proposition du Ministre compétent, moyennant l'accord du Ministre du Budget.