De nota voorziet daartoe in de instelling van vijf administratieve rechtbanken van eerste aanleg (één voor Brussel; twee voor het Vlaamse Gewest waaronder één voor Vlaams-Brabant, Antwerpen en Limburg en één voor West- en Oost-Vlaanderen; twee voor het Waalse Gewest waaronder één voor Waals-Brabant, Henegouwen en Namen en een tweede voor Luik en Luxemburg). Die rechtbanken beschikken over een tweevoudige volstrekte bevoegdheid : zij zijn bevoegd om bepaalde administratieve handelingen te vernietigen en hebben volle rechtsmacht voor bepaalde aangelegenheden, waaronder die welke deel uitmaken van de rechtsprekende bevoegdheden van de bestendige deputatie van de provincieraad (cf. « Essai de réforme du contentieux administratif », A.P.T.
...[+++], 1976-1977, blz. 175-207).
À cette fin, il est notamment prévu de créer cinq tribunaux administratifs de première instance (un pour Bruxelles; deux pour la Région flamande : un pour le Brabant flamand, Anvers et le Limbourg et un autre pour les deux Flandres; deux pour la Région wallonne : un pour le Brabant wallon, le Hainaut et Namur et un second pour Liège et le Luxembourg); ces tribunaux sont dotés d'une double compétence d'attribution : une compétence d'annulation de certains actes administratifs et une compétence de pleine juridiction dans diverses matières dont celles entrant dans les attributions juridictionnelles de la députation permanente du conseil provincial (cf. « Essai de réforme du contentieux administratif », A.P.T., 1976-1977, pp. 175-207).