De termijnen bepaald in de artikelen 262, § 1, 263, 266, § 2, 268, § 3, 271, § 3 en 272, § 3, worden geschorst tijdens de duur van het uitstel verleend op verzoek van de inverdenkinggestelde of van zijn raadsman.
Les délais prévus par les articles 262, § 1, 263, 266, § 2, 268, § 3, 271, § 3, et 272, § 3, sont suspendus pendant le temps de la remise accordée à la demande de l'inculpé ou de son conseil.