De kamer van inbeschuldigingstelling bij het Hof van Beroep te Bergen heeft op 10 april 2003 evenwel een arrest geveld waarin geoordeeld werd dat de verschijning van de gedetineerde voor de raadkamer via videoconferentie onwettig was.
La chambre des mises en accusation près la Cour d'appel de Mons a toutefois rendu un arrêt, le 10 avril 2003, aux termes duquel la comparution par vidéoconférence du détenu devant la chambre du conseil était jugée illégale.