Het gemiddelde, voor dit soort producties gereserveerde aandeel liep per betrokken lidstaat uiteen van 21,33% (Italië) tot 68,92% (Nederland) in 2001 en van 18,78% (Italië) tot 61,42% (Oostenrijk) in 2002.
La proportion moyenne réservée à ce type d'oeuvres variait, selon l'État membre concerné, entre 21,33% (Italie) et 68,92% (Pays-Bas) en 2001 et entre 18,78% (Italie) et 61,42% (Autriche) en 2002.