De personen die door de procureur des Konings kunnen worden verzocht om aan een bemiddelingsprocedure deel te nemen, zijn, luidens artikel 45quater, § 1, eerste lid, van de wet van 8 april 1965, behalve de persoon die ervan wordt verdacht een als misdrijf omschreven feit te hebben gepleegd, de personen die ten aanzien van hem het ouderlijk gezag uitoefenen, de personen die hem in rechte of in feite onder hun bewaring hebben en het slachtoffer.
Les personnes qui peuvent être invitées par le procureur du Roi à participer à une procédure de médiation sont, aux termes de l'article 45quater, § 1, alinéa 1, de la loi du 8 avril 1965, outre la personne qui est soupçonnée d'avoir commis un fait qualifié infraction, les personnes qui exercent l'autorité parentale à son égard, les personnes qui en ont la garde en droit ou en fait et la victime.