Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Prejudiciële vraag
Verzoek tot het stellen van de préjudiciële vraag

Vertaling van "prejudiciële vraag waarbij " (Nederlands → Frans) :

TERMINOLOGIE


verzoek tot het stellen van de préjudiciële vraag

demande de question préjudicielle


aan het Hof van Justitie een prejudiciele vraag voorleggen

saisine de la Cour de justice à titre préjudiciel


prejudiciële vraag

question posée à titre préjudiciel | question préjudicielle
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Bij dat arrest gaf het Hof een antwoord op een prejudiciële vraag, waarbij het zijn onderzoek beperkte tot de concrete situatie die zich in het geschil voor de verwijzende rechter voordeed.

Par cet arrêt, la Cour répondait à une question préjudicielle, tout en limitant son examen à la situation concrète de l'instance soumise au juge a quo.


Met de eerste en tweede prejudiciële vraag wenst de verwijzende rechter van het Hof te vernemen of die bepaling bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet wanneer zij aldus wordt geïnterpreteerd dat het openbaar ministerie een onbeperkt recht van hoger beroep heeft tegen een beschikking van de raadkamer, zonder dat hierbij een bijzonder juridisch belang moet worden aangetoond (eerste prejudiciële vraag), dan wel dat het openbaar ministerie een onbeperkt recht van hoger beroep heeft tegen een beschikking van de raadkamer, waarbij ...[+++]

Par les première et deuxième questions préjudicielles, le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de cette disposition avec les articles 10 et 11 de la Constitution, dans l'interprétation selon laquelle le ministère public dispose d'un droit d'appel illimité à l'encontre d'une ordonnance de la chambre du conseil, sans qu'un intérêt juridique particulier doive être démontré (première question préjudicielle), ou selon laquelle le ministère public dispose d'un droit d'appel illimité à l'encontre d'une ordonnance de la chambre du conseil, tout en devant démontrer un intérêt juridique particulier (deuxième question préjudicielle).


Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing en uit de formulering van de prejudiciële vraag blijkt dat de verwijzende rechter de vraag stelt of aan de vereiste van de voorzienbaarheid van de inmenging in het recht op eerbiediging van de woning is voldaan, indien artikel 319, eerste lid, van het WIB 1992 en artikel 63, eerste lid, van het WBTW zo worden begrepen « dat zij de bevoegde fiscale ambtenaren een algemeen, onvoorwaardelijk en onbeperkt recht verlenen tot vrije toegang van de in die artikelen vermelde bedrijfslokalen, waarbij ...[+++]

Il ressort de la motivation de la décision de renvoi et de la formulation de la question préjudicielle que le juge a quo demande s'il est satisfait à la condition de prévisibilité de l'ingérence dans le droit au respect du domicile si les articles 319, alinéa 1, du CIR 1992 et 63, alinéa 1, du Code de la TVA sont interprétés en ce sens qu'ils « confèrent aux agents compétents de l'administration fiscale un droit général, inconditionnel et illimité, de libre accès aux locaux professionnels mentionnés dans ces articles, ce qui permet à ces agents, sans autorisation préalable, de visiter [...] ces locaux [...] en vue d'examiner les livres e ...[+++]


Met de derde prejudiciële vraag wenst de verwijzende rechter van het Hof te vernemen of artikel 135, § 1, van het Wetboek van strafvordering bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de interpretatie dat het openbaar ministerie slechts een ontvankelijk hoger beroep kan instellen tegen een beschikking van de raadkamer waarbij hetgeen het openbaar ministerie heeft gevorderd niet werd gevolgd, voor zover het openbaar ministerie bij schriftelijke conclusie een middel als bedoeld ...[+++]

Par la troisième question préjudicielle, le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité de l'article 135, § 1, du Code d'instruction criminelle avec les articles 10 et 11 de la Constitution, dans l'interprétation selon laquelle le ministère public est recevable à interjeter appel d'une ordonnance de la chambre du conseil non conforme à ses réquisitions pour autant seulement qu'il ait invoqué devant la chambre du conseil, par conclusions écrites, un moyen visé à l'article 135, § 2, du Code d'instruction criminelle.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
In de derde prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11, in samenhang gelezen met artikel 151, van de Grondwet, van de in het geding zijnde bepalingen « doordat de verzoekende partij, zonder zich vooraf kandidaat te hebben gesteld en zonder dat de Hoge Raad voor de Justitie zijn grondwettelijke rol kon vervullen, in een post kan worden benoemd, waarbij alle andere rechters die van functie veranderen, zich hiervoor kandidaat h ...[+++]

Par la troisième question préjudicielle, la Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles 10 et 11, combinés avec l'article 151, de la Constitution, des dispositions en cause « en ce que la requérante, sans avoir préalablement posé sa candidature et sans que le Conseil supérieur de la justice ait pu exercer son rôle constitutionnel, peut être nommée à un emploi tandis que tous les autres juges qui changent de fonction ont dû poser leur candidature et suivre la procédure mise en oeuvre par application de la Constitution ».


De prejudiciële vraag is soortgelijk aan de vraag die was gesteld in de zaak die aanleiding heeft gegeven tot het arrest nr. 77/2016 van 25 mei 2016, waarbij het Hof heeft geoordeeld :

La question préjudicielle est similaire à celle qui était posée dans l'affaire qui a donné lieu à l'arrêt n° 77/2016 du 25 mai 2016, par lequel la Cour a jugé :


Moerman, E. Derycke, P. Nihoul en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 3 september 2015 in zake Dimitry Moedaert en Vinciane Schoonbroodt tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 september 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Luik, afdeling Luik, een prejudiciële vraag gesteld die bij beschikking van het Hof van 14 oktober 2015 als volgt werd geherformuleerd : « Sch ...[+++]

Moerman, E. Derycke, P. Nihoul et R. Leysen, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 3 septembre 2015 en cause de Dimitry Moedaert et Vinciane Schoonbroodt contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 17 septembre 2015, le Tribunal de première instance de Liège, division Liège, a posé une question préjudicielle qui, par ordonnance de la Cour du 14 octobre 2015, a été reformulée comme suit : « Les articles 132bis et 136 du CIR 1992, interprétés comme consid ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 12 mei 2015 in zake S. V. D. en E.P. tegen A.L., G.G. en D.V., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 5 juni 2015, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 235bis, § 6, Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 Grondwet, in samenhang gel ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président E. De Groot, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par arrêt du 12 mai 2015 en cause de S. V. D. et E.P. contre A.L., G.G. et D.V., dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 5 juin 2015, la Cour de cassation a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 235bis, § 6, du Code d'instruction criminelle viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec le droit à un procès équitable consa ...[+++]


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 6 mei 2015 in zake K.F. tegen P.P. en D.H., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 mei 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 318 van het Burgerlijk Wetboek, in zoverre het bepaalt dat de vordering van d ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 6 mai 2015 en cause de K.F. contre P.P. et D.H., dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 18 mai 2015, le Tribunal de première instance de Namur, division Namur, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 318 du Code civil, en ce qu'il prescrit que l'action de celui qui revendique la paternité de l'enfant doit être intentée dans l'année de ...[+++]


Moerman, E. Derycke, F. Daoût en R. Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 3 december 2015 in zake Xuan Son Do tegen het Waalse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 24 december 2015, heeft de Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt artikel 28, § 1, van de wet van 13 juli 1987 betreffende het kijk- en luistergeld, zoals gewijzigd bij ...[+++]

Moerman, E. Derycke, F. Daoût et R. Leysen, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 3 décembre 2015 en cause de Xuan Son Do contre la Région wallonne, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 24 décembre 2015, le Tribunal de première instance de Namur, division Namur, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 28, § 1, de la loi du 13 juillet 1987 relative aux redevances radio et télévision, tel que modifié par l'article 28 du décret wallon du 27 mars 2003 déc ...[+++]




Anderen hebben gezocht naar : prejudiciële vraag     prejudiciële vraag waarbij     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'prejudiciële vraag waarbij' ->

Date index: 2021-12-29
w