Teneinde de door het Hof vastgestelde ongrondwettigheden te verhelpen, heeft de wetgever voorzien in een procedure waardoor de persoonlijke borg niet langer automatisch, maar door de rechter kan worden bevrijd van zijn verbintenis ten aanzien van de schuldenaar van de gefailleerde, op voorwaarde dat de rechter onderzoekt of de persoon zich « kosteloos » persoonlijk zeker stelde en zijn onvermogen niet frauduleus organiseerde en dat hij vaststelt dat die verbintenis niet in verhouding met zijn inkomsten en zijn vermogen is.
Afin de remédier aux inconstitutionnalités constatées par la Cour, le législateur a prévu une procédure par laquelle la caution personnelle ne peut plus être déchargée automatiquement, mais bien par le juge, de son engagement à l'égard du débiteur du failli, à condition que le juge vérifie si la personne s'est constituée sûreté personnelle « à titre gratuit » et n'a pas frauduleusement organisé son insolvabilité et qu'il constate que l'engagement est disproportionné à ses revenus et à son patrimoine.