3. De in dit artikel bedoelde immuniteit neemt een einde wanneer de persoon officieel ervan in kennis wordt gesteld dat zijn aanwezigheid niet langer vereist is door de bevoegde autoriteiten, vervolgens gedurende vijftien (15) opeenvolgende dagen de mogelijkheid heeft het grondgebied van de verzoekende partij te verlaten en desalniettemin op voornoemd grondgebied blijft of ernaar terugkeert na het te hebben verlaten.
3. L'immunité prévue au présent article cesse lorsque la personne, ayant eu la possibilité de quitter le territoire de la Partie requérante pendant quinze (15) jours consécutifs, après avoir été officiellement avisée que sa présence n'était plus requise par les autorités compétentes, est néanmoins demeurée sur ce territoire ou y est retournée après l'avoir quitté.