3. Het te goeder trouw verstrekken, in de zin van de artikelen 21, 22 en 23, van de in de artikelen 21, 22 en 23 bedoelde inlichtingen, door een instelling of persoon die onder deze verordening valt, dan wel door een werknemer of een lid van de leiding daarvan, maakt de instelling of de persoon, dan wel de werknemers of de leiding, niet aansprakelijk.
3. La communication de bonne foi, prévue aux articles 21, 22 et 23, par un établissement ou une personne relevant du présent règlement, ou par la direction ou les employés dudit établissement, d'informations visées aux articles 21, 22 et 23 n'entraîne, pour ladite personne ou ledit établissement, sa direction ou ses employés, aucune responsabilité de quelque nature que ce soit.