In dat stadium van de procedure moet de rechtbank immers, onder meer rekening houdend met de persoon van de
beklaagde, de meest passende straf of maatregel kiezen : artikel 195 van het Wetboek van Strafvor
dering legt haar de verplichting op om « op een wijze die beknopt mag zijn », maar die « nauwkeurig » moet zijn, « de redenen [te vermelden] waarom de rechter, als de wet hem daartoe vrije beoordeling overlaat, dergelijke straf of dergelijke
maatregel uitspreekt » en zij moet « [.] bovendien
...[+++]de strafmaat voor elke uitgesproken straf of maatregel [rechtvaardigen] ».