3. is van mening dat Richtlijn 98/44 hiervoor in de meeste gevallen een passend kader vormt, maar dat op het gebied van de octrooieerbaarheid van menselijk DNA uiteenlopende uitleggingen en een gebrek aan duidelijkheid in de weg staan aan de goede werking van de interne markt;
3. considère que la directive 98/44/CE offre, dans la plupart des cas, un cadre approprié, mais que, en ce qui concerne la brevetabilité de l'ADN humain, la diversité des interprétations et l'absence de clarté nuisent au bon fonctionnement du marché commun;