« (...) (is) een internationale overeenkomst niet voor eenzijdige uitlegging van overheidswege vatbaar (...); (...) aangezien een dergelijke overeenkomst uiteraard uit de gemeenschappelijke wil van de Hoge Contracterende Partijen ontstaan is, (zou) een van deze partijen (...) de andere partij niet eenzijdig (...) kunnen verbinden door ze bij wege van wet uit te leggen » (1) .
« (...) une convention internationale n'est pas susceptible d'interprétation unilatérale par voie d'autorité; pareille convention étant, par nature, issue de la volonté des hautes parties contractantes, l'une de ces parties ne saurait unilatéralement lier l'autre partie en l'interprétant par voie législative » (1) .