3. Niettegenstaande de voorgaande bepalingen van dit artikel mogen beloningen verkregen terzake van een dienstbetrekking uitgeoefend aan boord van een schip of luchtvaartuig of een spoor- of wegvoertuig dat in internationaal verkeer wordt geëxploiteerd, worden belast in de overeenkomstsluitende Staat waar de winst van de onderneming overeenkomstig artikel 8 van deze Overeenkomst mag worden belast.
3. Nonobstant les dispositions précédentes du présent article, les rémunérations reçues au titre d'un emploi salarié exercé à bord d'un navire, d'un aéronef ou d'un véhicule routier ou ferroviaire exploité en trafic international, sont imposables dans l'État contractant où les bénéfices de l'entreprise sont imposables conformément à l'article 8 de la présente Convention.