2. gelooft dat een dergelijk programma een ernstige schending vormt van de verbintenissen die Noord-Korea is aangegaan in het kader van het Verdrag inzake de niet-verspreiding van kernwapens, de veiligheidscontroleovereenkomst met de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEA), alsook de Gemeenschappelijke Verklaring van Noord- en Zuid-Korea over de denuclearisatie van het Koreaanse schiereiland en het overeengekomen kader van 1994;
2. estime qu'un tel programme constitue une grave entorse aux engagements pris par la Corée du Nord en vertu du traité de non‑prolifération nucléaire, de l'accord de sauvegarde de l'Agence internationale pour l'énergie atomique (AIEA), ainsi que de la déclaration commune de la Corée du Nord et la Corée du Sud sur la dénucléarisation de la péninsule coréenne et du cadre conventionnel de 1994;