4. herinnert aan de betekenis van het verenigingsleven - niet alleen als klant maar ook als operator - voor de toeristensector, erkent zijn zin voor ondernemerschap en zijn flexibiliteit en aanpassingsvermogen en beveelt aan rekening te houden met de specifieke kenmerken van deze sector, en deze met name in staat te stellen zijn sociale rol te behouden;
4. rappelle l'importance pour l'activité touristique du secteur associatif, à la fois comme commanditaire et comme opérateur, reconnaît sa perspicacité, sa flexibilité et son adaptabilité sur le plan de l'entreprise et recommande que les particularités de ce secteur soient prises en compte, en particulier pour lui permettre de conserver son rôle social;