Ze halen daarbij dan aan dat een veroordeling op basis van een deontologische regel geen rechtsgrond heeft. Ze zeggen dat onze deontologie nergens op steunt, omdat ze door geen enkele wet of geen enkel koninklijk besluit is bekrachtigd.
Ils affirment que notre déontologie ne repose sur rien, car elle n'a été entérinée par aucune loi ni par aucun arrêté royal.