Vertaling van "ontworpen regeling uiteraard " (Nederlands → Frans) :

De betrokken artikelen van het koninklijk besluit van 24 september 2006 strekken de ontworpen regeling uiteraard niet tot rechtsgrond.
Les articles concernés de l'arrêté royal du 24 septembre 2006 ne procurent évidemment pas de fondement juridique aux dispositions en projet.

10. In het ontworpen artikel 31ter, vijfde en zesde lid, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 kunnen de woorden " [o]nverminderd de toepassing van burgerlijke of strafsancties" , die enkel tot doel hebben de toepassing van de desbetreffende bepalingen van de wet van 27 juni 1969 te bevestigen, beter worden weggelaten, nu eruit zou kunnen worden afgeleid dat de ontworpen regeling afbreuk zou kunnen doen aan die bepalingen, wat uiteraard niet het geval is.
10. A l'article 31ter, alinéas 5 et 6, en projet de l'arrêté royal du 28 novembre 1969, mieux vaudrait omettre les mots « [s]ans préjudice de l'application de sanctions civiles ou pénales », qui ont pour seul but de confirmer l'application des dispositions concernées de la loi du 27 juin 1969, étant donné que l'on pourrait en déduire que le régime en projet pourrait déroger à ces dispositions, ce qui n'est évidemment pas le cas.

Artikel 15 1. De in het ontworpen artikel 26bis, § 1, derde lid, tweede zin, opgenomen regel dat "[d]e raadpleging van het dossier gebeurt met naleving van het vertrouwelijk karakter van de informatie die op andere ambtenaren betrekking zou hebben" dient uiteraard te worden begrepen in het licht van de wet van 11 april 1994 `betreffende de openbaarheid van bestuur'.
Article 15 1. A l'article 26bis, § 1, alinéa 3, deuxième phrase en projet, il va de soi que la règle selon laquelle « [l]a consultation du dossier se fait dans le respect du caractère confidentiel des informations qui concerneraient d'autres agents » doit s'entendre compte tenu de la loi du 11 avril 1994 `relative à la publicité de l'administration'.

Tijdens het onderzoek van het voorontwerp van wet dat de wet van 4 augustus 1996 is geworden, heeft de afdeling wetgeving van de Raad van State opgemerkt dat « de ontworpen regeling uiteraard geen afbreuk zal kunnen doen aan de bevoegdheid van de Gemeenschappen op het vlak van de erkenning van diensten die, onder welke benaming ook, in de arbeidsrechtelijke sfeer activiteiten ontplooien inzake preventieve gezondheidszorg » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1995, nr. 71/1, p. 77).
Lors de l'examen de l'avant-projet de loi qui est devenu la loi du 4 août 1996, la section de législation du Conseil d'Etat a observé que « le régime en projet ne pourra, de toute évidence, pas porter atteinte à la compétence des communautés dans le domaine de l'agrément des services qui, quelle que soit leur dénomination, déploient dans la sphère du droit du travail des activités de médecine préventive » (Doc. parl., Chambre, S.E. 1995, n° 71/1, p. 77).

Indien het de bedoeling is om de datum van inwerkingtreding van de ontworpen regeling af te stemmen op die van de regeling welke, in ontwerpvorm, het voorwerp uitmaakte van advies 50.248/2/V dat de Raad van State, afdeling Wetgeving, op 8 september 2011 uitbracht (6), dient er uiteraard op te worden toegezien dat het correcte opschrift van het betrokken koninklijk besluit wordt vermeld.
Si l'intention est d'aligner la date d'entrée en vigueur du texte en projet sur celle des dispositions dont le projet a fait l'objet de l'avis 50.248/2/V donné par le Conseil d'Etat, section de législation, le 8 septembre 2011 (6), on veillera bien évidemment à ce que l'intitulé de l'arrêté royal concerné soit mentionné correctement.

Tijdens het onderzoek van de in het geding zijnde bepaling heeft de afdeling wetgeving van de Raad van State opgemerkt dat « de ontworpen regeling uiteraard geen afbreuk zal kunnen doen aan de bevoegdheid van de Gemeenschappen op het vlak van de erkenning van diensten die, onder welke benaming ook, in de arbeidsrechtelijke sfeer activiteiten ontplooien inzake preventieve gezondheidszorg » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1995, nr. 71/1, p. 77).
Lors de l'examen de la disposition en cause, la section de législation du Conseil d'Etat avait relevé que « le régime en projet ne pourra, de toute évidence, pas porter atteinte à la compétence des communautés dans le domaine de l'agrément des services qui, quelle que soit leur dénomination, déploient dans la sphère du droit du travail des activités de médecine préventive » (Doc. parl., Chambre, S.E. 1995, n° 71/1, p. 77).