Bijgevolg rijst de vraag of de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer zich in haar advies nr. 38/97 van 10 december 1997, met kennis van zaken heeft uitgesproken over een ontwerpbesluit dat niet is aangepast aan de wetswijzigingen die zijn aangebracht tussen de oorspronkelijke adiëring van de commissie en het tijdstip waarop ze haar advies heeft uitgebracht.
Se pose, dès lors, la question si la Commission de la protection de la vie privée s'est prononcée en connaissance de cause dans son avis n° 38/97 du 10 décembre 1997, donné sur un projet d'arrêté non adapté aux modifications législatives intervenues entre sa saisine initiale et l'énoncé de son avis.