De lidstaten mogen echter een andere bevoegde autoriteit aanwijzen die erop toeziet dat de in deze richtlijn bedoelde informatie wordt opgesteld volgens het toepasselijke verslaggevingskader en die in geval van ontdekte inbreuken passende maatregelen treft. Deze autoriteit hoeft niet van administratieve aard te zijn.
Les États membres peuvent toutefois désigner une autre autorité compétente chargée de s'assurer que l'information visée dans la présente directive est établie conformément au cadre d'établissement de rapports pertinent et de prendre les mesures appropriées en cas de découverte d'infractions; cette autorité ne doit pas nécessairement être de nature administrative.