Hieruit volgt dat de Regering, behalve indien zij haar beslissing of beslissingen onregelmatig zou doen terugwerken, vóór het decreet van 10 april 1995 in de onmogelijkheid verkeerde de rechten te wijzigen die het onderwijzend personeel vóór de inwerkingtreding van het decreet van 22 december 1994 had verkregen.
Il en résulte que, sauf à faire irrégulièrement rétroagir sa ou ses décisions, le Gouvernement se trouvait, avant le décret du 10 avril 1995, dans l'impossibilité de modifier les droits acquis par les enseignants antérieurement à l'entrée en vigueur du décret du 22 décembre 1994.