15. erkent dat in de confec
tiekledingindustrie meer vakbonden werden erkend (275 sinds 2013) en uit hierover zijn tevredenheid, maar wijst er ook op dat deze vakbonden slechts een kleine fracti
e van de meer dan 4 miljoen, voornamelijk vrouwelijke, werknemers in meer dan 5 000 kleding- en textielfabrieken vertegenwoordigen en dat de meeste vakbonden het recht van collectieve onderhandelingen wordt ontzegd; wijst er eveneens op dat het erkenningsproces in 2014 vertraagde en dat 26 % van alle ingediende aanvragen werden afgekeurd wegens
...[+++] schijnbaar willekeurige redenen;
15. reconnaît et salue l'augmentation du nombre de syndicats reconnus dans le secteur du prêt-à-porter (275 depuis 2013), mais souligne qu'ils ne représentent qu'une fraction infirme de la main d'œuvre de plus de 4 millions de personnes, en majorité des femmes, répartie entre plus de 5 000 usines textiles, et que la plupart de ces syndicats sont privés du droit à la négociation collective; souligne également qu'en 2014, le processus de reconnaissance s'est ralenti et que 26 % des demandes présentées ont été rejetées pour des motifs apparemment arbitraires;