14. dringt er bij de lidstaten op aan om binnen hun nationale strategische referentiekaders en operationele programma's prioriteit toe te kennen aan financiering voor projecten die plannen voor duurzaam stadsbeheer en -vervoer ten uitvoer leggen, alsook voor projecten die minder aan ontwikkeling van nieuwe terreinen in ongerept gebied doen en méér aan ontwikkeling van verlaten en vervallen industrieterreinen en het planten van bomen in straten en het aanwijzen van meer groene ruimten te bevorderen;
14. appelle les États membres à donner la priorité, dans leurs cadres de référence stratégiques nationaux et leurs programmes opérationnels, au financement de projets qui mettent en œuvre une gestion urbaine durable et des plans de transport, ainsi qu'à des projets qui limitent l'expansion sur des terrains non bâtis et qui encouragent la construction sur les friches industrielles, et à promouvoir la plantation d'arbres de rue et la création d'espaces verts plus nombreux;