1. De lidstaten mogen het in het verkeer brengen van een onderdeel van een uitlaatinrichting dat als een technische eenheid in de zin van artikel 3, punt 25, van Richtlijn 2007/46/EG wordt beschouwd, niet verbieden om redenen in verband met het toegestane geluidsniveau of de uitlaatinrichting, indien het onderdeel in de zin van artikel 3 van deze richtlijn in overeenstemming is met een type waarvoor goedkeuring is verleend.
1. Les États membres ne peuvent, pour des motifs concernant le niveau sonore admissible ou le dispositif d'échappement, interdire la mise en circulation d'un élément d'un dispositif d'échappement qui est considéré comme entité technique au sens de l'article 3, point 25, de la directive 2007/46/CE, si celui-ci, au sens de l'article 3 de la présente directive, correspond à un type pour lequel la réception a été accordée.