Art. 87. De reserveofficier aangeworven bij toepassing van artikel 54 of 55 van de wet van 1 maart 1958 betreffende het statuut der beroepsofficieren van de krijgsmacht, de reserveonderofficier aangeworven bij toepassing van artikel 1 of 3 van de wet van 18 februari 1987 betreffende het statuut van de onderofficieren van het reservekader van de land-, de lucht- en de zeemacht en van de medische dienst, de vrijwilliger korte termijn overgegaan naar het reservekader met toepassing van de artikelen 20 en 23 van de wet van 20 mei 1994 houdende statuut van de militairen korte termijn en de
dienstplichtige met onbepaald verlof onderworpen ...[+++]aan de militaire verplichtingen met toepassing van artikel 3 van de dienstplichtwetten gecoördineerd op 30 april 1962 worden volgens de nadere regels vastgesteld door de Koning opgenomen in het reservekader, met behoud van hun graad en met hun anciënniteit in deze graad, voor de overblijvende duur van hun militaire verplichtingen zoals bepaald in hun statuut van oorsprong.Art. 87. L'officier de réserve recruté en application de l'article 54 ou 55 de la loi du 1 mars 1958 relative au statut des officiers de carrière des forces armées, le sous-officier de réserve recruté en application de l'article 1 ou 3 de la loi du 18 février 1987 relative au statut des sous-officiers de réserve des forces terrestre, aérienne et navale, et du service médical, le volontaire court terme passé dans le cadre de réserve en application des articles 20 et 23 de la loi du 20 mai 1994 portant statut des militaires court terme et le milicien en congé illimité soumis aux obligations militaires en application de l'article 3 des lois sur la milice coordonnées le 30 avril
1962, sont repris, selon ...[+++] les modalités arrêtées par le Roi, dans le cadre de réserve, avec maintien de leur grade et avec leur ancienneté dans ce grade, pour le restant de la durée de leurs obligations militaires comme fixées dans leur statut d'origine.