In afwijking van artikel 31/2, 1° en 3°, kan het agentschap afwijking verlenen aan eigenaren van gezelsc
hapsdieren die niet worden gehouden voor commerciële doeleinden en die behoren tot de voor de Unie zorgwekkende invasieve uitheemse soorten, om die dieren te houden tot de natuurlijke dood ervan, op voorwaarde dat ontegensprekelijk kan worden aangetoond dat voldaan is aan de volgende voorwaarden : 1° de dieren werden al
gehouden voor ze werden opgenomen in de Unielijst; 2° de dieren wor
den in een gesloten omgeving gehouden ...[+++] en de eigenaar neemt alle passende maatregelen om voortplanting of ontsnapping onmogelijk te maken.